Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Besluitraad

donderdag 30 november 2023

22:00 - 00:00
Locatie

Raadzaal

Voorzitter
Adriaansen, drs. J.J.C.

Uitzending

Agendapunten

  1. Besluit

    De voorzitter opent de vergadering 21.01 uur.

    00:05:09 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  2. 1

    Besluit

    De agenda wordt vastgesteld.

    00:05:20 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  3. 2

    Besluit

    De lijsten met ingekomen stukken van de opinieraden ruimte van 28 november, samenleving van 29 november en bestuur van 30 november 2023 worden vastgesteld

    00:05:25 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  4. 2.a

  5. 2.b

  6. 2.c

  7. 3
    Besluitvorming A-voorstellen uit de Opinieraden Ruimte, Samenleving en Bestuur
  8. 3.a

    In deze erfgoedvisie geven wij aan hoe wij als gemeente Woensdrecht ons
    cultureel erfgoed willen beschermen, in stand houden en naar de toekomst toe willen
    ontwikkelen en versterken. Daarnaast is het doel van de erfgoedvisie om het erfgoed een
    belangrijke bouwsteen te laten zijn voor toekomstige opgaven en veranderingen in de
    samenleving en om Woensdrecht als aantrekkelijke gemeente (voor wonen, werken en recreëren). De raad wordt gevraagd middelen beschikbaar te stellen om de visie om te zetten naar beleid.

    Besluit

    b e s l u i t :


    1. De Erfgoedvisie Woensdrecht 2023-2033 ‘Van een verdeeld verleden naar een gedeelde toekomst. Woensdrechts cultureel erfgoed in beeld’ inclusief uitvoeringsprogramma vast te stellen;
    2. Een krediet beschikbaar te stellen van € 60.000,- voor het realiseren van het nieuwe erfgoedbeleid conform het voornoemde uitvoeringsprogramma en het bedrag ten laste te brengen van de algemene reserve;
    3. De wijziging van de Programmabegroting 2024 vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:05:54 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  9. 3.b

    Na het sluiten van een aantal kerken in de gemeente dreigen ook de andere rooms-katholieke kerkgebouwen hun religieuze functie te verliezen. Omdat de kerkgebouwen belangrijke visuele en maatschappelijke ankerpunten vormen van onze kernen, is het belangrijk om voorbereid te zijn op de mogelijke doorontwikkeling van de kerken.
    Met een kerkenvisie is de gemeente voorbereid op de toekomstige doorontwikkeling van de kerkgebouwen in de gemeente.

    Besluit

    b e s l u i t :
    1. De Visie Religieus Erfgoed gemeente Woensdrecht ‘de kerk in het midden’ vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:06:31 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  10. 3.c

    De voorliggende Erfgoedverordening 2024 is in lijn gebracht met de wetsartikelen en terminologie uit de Omgevingswet. Daarnaast wordt de verordening aangepast zodat die goed aansluit op de praktijk. Om de cultuurhistorische waarden in onze gemeente goed te borgen worden huidige (soms vrijblijvende en niet concrete) beleidsadviezen in de legenda van de Cultuurhistorische waardenkaart 2018 omgezet naar beleid.

    Besluit

    b e s l u i t :


    1. De Erfgoedverordening gemeente Woensdrecht 2024 vast te stellen;
    2. De Cultuurhistorische waardenkaart gemeente Woensdrecht 2018 in te trekken en de Cultuurhistorische waardenkaart gemeente Woensdrecht 2024 vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:06:48 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  11. 3.d

    Voor de nieuwe periode moet het beleids- en beheerplan worden geactualiseerd op basis van de nieuwe areaal gegevens, financiële middelen en toegespitst op maatregelen om het areaal verder op orde te brengen en te houden. Het college vraagt de raad het beleidsplan en bijbehorende begrotingswijziging vast te stellen.

    Besluiten

    b e s l u i t :


    1. Het Beleids-en beheerplan openbare verlichting 2024-2027 gemeente Woensdrecht vast te stellen;
    2. De wijziging van de Programmabegroting 2024 vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    Motie ingediend door: ABZ, CDA, D66,PvdA en AKT
    Verzoekt het college:
    1. Een onderzoek uit te voeren:
    o Waarbij in onze dorpskernen een inventarisatie wordt uitgevoerd van gebieden en woonstraten met geen en lage verlichtingsniveau’ s en beperkte sociale veiligheid.
    o Waarbij passende maatregelen worden voorgesteld ter verbetering van de openbare verlichting en de sociale veiligheid op deze locaties, rekening houdend met de hiervoor geldende richtlijnen NPR 13201-2017 en waarbij lichtvervuiling niet aan de orde is;
    o Waarbij de financiële consequenties per locatie in beeld worden gebracht.
    2. De buurtpreventieteams en dorpsplatforms bij dit onderzoek te betrekken en advies te vragen;
    3. De uitkomsten van dit onderzoek ruim voor de behandeling van de “Programmabegroting 2025” (medio september 2024) aan de Raad te presenteren.
    4. De kosten voor de uitvoering van dit onderzoek te financieren uit het product “Exploitatie Openbare Verlichting”.

    De motie wordt unaniem aangenomen.

    00:07:07 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  12. 3.e

    Iedere 4 jaar moet de raad het Beleidsplan Wegen en de financiering ervan actualiseren en opnieuw vaststellen. Daaraan liggen externe weginspecties aan ten grondslag. Om op de gewenste onderhoudsniveaus te komen moeten de investeringsbudgetten voor 2024 tot en met 2027 worden aangepast.

    Besluit

    b e s l u i t :
    1. Het Beleidsplan Wegen 2024-2027 vast te stellen;
    2. De wijziging van de Programmabegroting 2024 vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:08:59 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  13. 3.f

    De gemeente Woensdrecht wil in een periode van 2024-2030 al haar MFC en verenigingsgebouwen naar 0-op-demeter brengt, en in sommige gevallen asbestvrij gaat maken. De raad wordt gevraagd de nota Verduurzamen van gemeentelijk vastgoed vast te stellen en een investeringsbudget van € 3.577.117,- beschikbaar te stellen.

    Besluit

    b e s l u i t :


    1. De nota Verduurzamen van gemeentelijk vastgoed 2024-2030, Multifunctionele centra en verenigingsgebouwen vast te stellen;
    2. Het benodigde investeringsbudget van € 3.577.117,- (inclusief omzetbelasting) beschikbaar te stellen en bijgevoegde wijziging van de Programmabegroting 2024 vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:09:18 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  14. 3.g

    De raad wordt gevraagd een verklaring van geen bedenkingen af te geven t.b.v. de realisatie van 4 Tiny Houses aan het Binnenpad te Huijbergen.

    Besluit

    b e s l u i t :


    1. een verklaring van geen bedenkingen af te geven ten behoeve van de realisatie van 4 Tiny Houses aan het Binnenpad te Huijbergen, overeenkomstig de ontwerp-omgevingsvergunning met bijlagen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:09:52 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  15. 3.h

    De begrotingswijzing heeft een licht positief effect op de bijdrage van de gemeente. Het college stelt voor geen zienswijze te uiten.

    Besluit

    b e s l u i t :


    Geen zienswijzen in te dienen op de 2e begrotingswijziging van het Regionaal Bureau Leren West-Brabant.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:10:15 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  16. 3.i

    Besluit

    b e s l u i t :


    1. Het subsidieplafond 2023 met € 18.537 te verhogen naar € 1.872.003.
    2. De 14e begrotingswijziging van de Programmabegroting 2023, behorende bij de Financiële tussenrapportage derde kwartaal 2023, vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:10:33 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  17. 3.j

    De belastingverordeningen -inclusief de bijbehorende belastingtarieven- worden jaarlijks door de gemeenteraad vastgesteld. Er ligt een directe relatie tussen de belastingtarieven, geraamde belastingopbrengsten en de begroting 2024. Het college vraagt de raad de verordeningen vast te stellen.

    Besluit

    b e s l u i t :


    1. Vast te stellen de volgende bij dit voorstel behorende verordeningen met bijbehorende tarieven:

    • Verordening onroerende zaakbelastingen 2024
    • Verordening afvalstoffenheffing 2024
    • Verordening rioolheffing 2024
    • Verordening hondenbelasting 2024
    • Verordening forensenbelasting 2024
    • Verordening toeristenbelasting 2024
    • Verordening marktgelden 2024
    • Verordening lijkbezorgingsrechten 2024
    • Regeling kwijtschelding 2024

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:11:02 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  18. 3.k

    Het college stelt de verordening aan te passen aan veranderde wet- en regelgeving. Door de invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) verandert de wijze van de benoeming van een gemeentearchivaris, dat wordt een aanwijzing. Daarnaast zijn er nog enkele tekstuele aanpassingen om beter aan te sluiten bij digitale archivering.

    Besluit

    b e s l u i t :
    1. Vast te stellen de Archiefverordening gemeente Woensdrecht 2023.
    2. In te trekken de Archiefverordening gemeente Woensdrecht 2018.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:11:20 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  19. 3.l

    Deze wijziging verandert de gemeentelijke bijdrage voor een aantal gemeenten maar heeft geen invloed op Woensdrecht. Het college stelt voor geen zienswijze in te dienen.

    Besluit

    b e s l u i t :


    Geen zienswijze in te dienen op de 2e begrotingswijziging van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:11:35 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  20. 3.m

    De wetswijziging versterkt de mogelijkheden van volksvertegenwoordigers in hun
    controlerende en kaderstellende rol. Daarnaast wordt de democratische legitimatie van de besluitvorming binnen zo’n samenwerkingsverband vergroot en krijgen volksvertegenwoordigers meer invloed op het functioneren van een regeling, bijvoorbeeld via verplichte afspraken over evaluatie van de regeling en de verplichting om afspraken te maken over (financiële) gevolgen van uittreding voor de uittredende deelnemers. Het college stelt de raad voor geen zienswijzen in te brengen

    Bijlagen

    Besluit

    b e s l u i t :


    a. Kennis te nemen van de voorgenomen besluiten tot wijziging van de
    gemeenschappelijke regelingen:

    1. WVS
    2. ISD Brabantse Wal
    3. GGD West-Brabant
    4. RAV Brabant MWN
    5. Geweld in Afhankelijkheidsrelaties (GIA) en Meldpunt Crisiszorg West-Brabant
    6. Regionaal Bureau Leren
    7. West-Brabants Archief
    8. Regio West-Brabant
    9. Belastingsamenwerking West-Brabant
    10. Omgevingsdienst West-Brabant

    11. Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
    b. Geen zienswijzen in te dienen op de onder a genoemde voorgenomen besluiten.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:11:47 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  21. 3.n

    O

    Besluit

    b e s l u i t :


    1. Het profiel voor de raadsgriffier vast te stellen.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:12:12 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  22. 3.o

    Op 1 januari treedt de Omgevingswet in werking en verandert de regelgeving voor planschade. Om de lokale regelgeving in overeenstemming te brengen met de nieuwe landelijke regels stelt het college de raad voor de ‘Verordening Nadeelcompensatie Woensdrecht’ vast te stellen en geldende procedureverordening voor planschade in te trekken.

    Besluit

    b e s l u i t :


    De Verordening nadeelcompensatie gemeente Woensdrecht vast te stellen.


    Artikel 1. Toepassingsbereik
    1. Deze verordening heeft betrekking op aanvragen om schadevergoeding als bedoeld in artikel 4:126, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, waarvan de aanvrager stelt dat die wordt veroorzaakt door een bestuursorgaan van de gemeente.
    2. Deze verordening heeft geen betrekking op aanvragen om schadevergoeding waarop een bijzondere regeling van toepassing is.


    Artikel 2. Heffen recht
    Voor het in behandeling nemen van de aanvraag om schadevergoeding wordt een recht geheven van € 500,00.


    Artikel 3. Aanvraag
    1. Het bestuursorgaan kan een formulier vaststellen dat gebruikt moet worden bij het indienen van een aanvraag tot nadeelcompensatie.
    2. In aanvulling op artikel 4:127 van de Algemene wet bestuursrecht bevat een aanvraag mede:
    a. als het schade betreft wegens winst- of inkomstenderving: jaarrekeningen over het jaar waarin schade is geleden en voor zover van toepassing de drie daaraan voorafgaande jaren en de aanslagen vennootschapsbelasting of inkomstenbelasting.
    b. als het schade betreft wegens gederfde huurinkomsten: een afschrift van de huurovereenkomst of gebruiksovereenkomst en een eigendomsakte.
    Artikel 4. Adviescommissie
    1. Het bestuursorgaan wint slechts advies in bij een adviescommissie voor zover dat naar zijn oordeel noodzakelijk is om op de aanvraag om schadevergoeding te kunnen beslissen.
    2. Advies als bedoeld in het eerste lid, wordt in ieder geval niet ingewonnen als:
    a. de aanvraag naar het oordeel van het bestuursorgaan kennelijk ongegrond is, omdat zich kennelijk een weigeringsgrond voordoet als bedoeld in artikel 4:126, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht;
    b. de schade kennelijk niet kan worden toegerekend aan een door het bestuursorgaan genomen besluit of verrichte handeling;
    c. de aanvraag naar het oordeel van het bestuursorgaan voldoende gelijkenis vertoont met andere aanvragen waarvoor al advies is uitgebracht;
    d. de schadevergoeding kennelijk minder bedraagt dan € 500 of
    e. naar het oordeel van het bestuursorgaan in de gemeentelijke organisatie voldoende deskundigheid voor de beoordeling van de aanvraag aanwezig is.
    3. Een adviescommissie bestaat uit een of meer deskundigen.
    4. Een adviescommissie kan worden benoemd als:
    a. vaste commissie, waarbij de leden door burgemeester en wethouders voor een termijn van maximaal vier jaar worden benoemd met de mogelijkheid tot herbenoeming voor maximaal vier jaar, of
    b. tijdelijke commissie voor advisering met betrekking tot een of meer aanvragen, door het bestuursorgaan dat de aanvragen behandelt.


    Artikel 5. Procedure
    1. Als advies wordt ingewonnen bij een adviescommissie informeert het bestuursorgaan de aanvrager en belanghebbenden.
    2. Bij de toepassing van de artikelen 4:7 en 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht wordt naast de aanvrager voor zover van toepassing betrokken:
    a. degene die de activiteit verricht en met wie een overeenkomst als bedoeld in artikel 13.3c, eerste lid, van de Omgevingswet is gesloten,
    b. als sprake is van een schadeveroorzakend besluit naar aanleiding van een aanvraag, zoals geregeld in artikel 13.3d van de Omgevingswet, de aanvrager van dat besluit of degene die de toegestane activiteit verricht, tenzij:
    1 °. de schadevergoeding redelijkerwijze voor rekening behoort te blijven van het bestuursorgaan, of
    2 °. de schadevergoeding voldoende op een andere manier is verzekerd.


    Artikel 6. Uitbetaling
    Bij geheel of gedeeltelijke toewijzing van een aanvraag om schadevergoeding, wordt de toegewezen schadevergoeding uiterlijk betaald bij het onherroepelijk worden van het besluit op de aanvraag.


    Artikel 7. Intrekking oude regeling
    1. De Procedureverordening voor advisering tegemoetkoming in planschade 2008 wordt ingetrokken op het moment van inwerkingtreding van deze verordening.
    2. Het raadsbesluit van 20 januari 2009 tot het verhogen van het recht als bedoeld in artikel 6.4, derde lid van de Wet ruimtelijke ordening tot € 500,00 wordt ingetrokken, op het moment van inwerkingtreding van deze verordening.


    Artikel 8. Inwerkingtreding en citeertitel
    1 . Deze verordening treedt in werking op het moment van inwerkingtreding van de Omgevingswet.
    2 . Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening nadeelcompensatie Woensdrecht.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:12:29 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  23. 3.p

    Besluit

    b e s l u i t :


    De Verordening participatie Woensdrecht vast te stellen.


    Paragraaf 1. Algemene bepalingen


    Artikel 1. Definities
    In deze verordening wordt verstaan onder:
    - beleidsvoornemen: voornemen van een bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid;
    - participatie: betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding, uitvoering of evaluatie van gemeentelijk beleid[;


    Paragraaf 2. Participatie


    Artikel 2. Onderwerp van participatie
    1. Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of participatie wordt toegepast.
    2. Participatie wordt altijd toegepast als de wet daartoe verplicht.
    3. Er is geen participatie mogelijk:
    a. ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen;
    b. als participatie bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;
    c. als sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;
    d. inzake de vaststelling van de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;
    e. als de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat participatie niet kan worden afgewacht;
    f. als het belang van participatie niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving.


    Artikel 3. Procedure participatie
    1. Op participatie is de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.
    2. Het bestuursorgaan kan voor een of meer beleidsvoornemens een andere participatieprocedure vaststellen.


    Artikel 4. Eindverslag participatie
    1. Ter afronding van de participatie maakt het bestuursorgaan een eindverslag op.
    2. Het eindverslag bevat in ieder geval:
    a. een overzicht van de gevolgde participatieprocedure;
    b. een weergave van de zienswijzen die tijdens de participatieprocedure mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;
    c. een reactie op deze zienswijzen, waarbij wordt aangegeven welke punten al dan niet worden overgenomen.
    3. Het bestuursorgaan maakt het eindverslag op de gebruikelijke wijze openbaar.


    Artikel 5. Intrekking oude regeling
    De Inspraakverordening 2013 Woensdrecht wordt ingetrokken.


    Artikel 6. Inwerkingtreding en citeertitel
    1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2024;
    2. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening participatie Woensdrecht.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:12:44 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  24. 3.q

    Het college stelt de raad voor de terminologie in de APV aan te passen aan de Omgevingswet en militairen van de Koninklijke Marechaussee aan te wijzen als
    toezichthouders op de APV.

    Besluit

    b e s l u i t :
    Vast te stellen de 5e wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Woensdrecht:


    Artikel I Wijziging verordening
    De Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Woensdrecht wordt als volgt gewijzigd:


    A.


    Artikel 1:1 Definities komt te luiden:
    In deze verordening wordt verstaan onder:
    -bebouwde kom: Het gebied binnen de grenzen die zijn vastgesteld op grond van artikel 20a van de Wegenverkeerswet 1994;
    -beperkingengebiedactiviteit: hetgeen daaronder wordt verstaan in de bijlage, onder A, bij de Omgevingswet;
    -bevoegd gezag: bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een omgevingsvergunning als bedoeld in de Omgevingswet;
    -bouwwerk: hetgeen daaronder wordt verstaan in de bijlage, onder A, bij de Omgevingswet;
    -gebouw: hetgeen daaronder wordt verstaan in bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving;
    -handelsreclame: iedere openbare aanprijzing van goederen of diensten, waarmee kennelijk beoogd wordt een commercieel belang te dienen;
    -openbaar water: wateren die voor het publiek bevaarbaar of op andere wijze toegankelijk zijn;
    -openbare plaats: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van de Wet openbare manifestaties;
    -rechthebbende: degene die over een zaak zeggenschap heeft krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht of zakelijk recht;
    -weg: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994.


    B.


    Artikel 1:2 komt te luiden:


    Artikel 1:2 Beslistermijn
    1. Het bevoegde bestuursorgaan beslist op een aanvraag voor een vergunning of ontheffing binnen acht weken na datum van ontvangst van de aanvraag.
    2. Het bestuursorgaan kan de termijn voor ten hoogste acht weken verlengen.
    3. Dit artikel is niet van toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning.


    C.


    Aan artikel 1:4 wordt een derde lid toegevoegd, luidende:


    Artikel 1:4 Voorschriften en beperkingen
    3. Dit artikel is niet van toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning.


    D.


    Aan artikel 1:5 wordt een tweede lid toegevoegd, luidende:


    Artikel 1:5 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing
    2. Het eerste lid is niet van toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning.


    E.


    Artikel 1:6 komt te luiden:


    Artikel 1:6 Intrekking of wijziging van vergunning of ontheffing
    1. De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd als:
    a. ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;
    b. op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de vergunning of ontheffing, intrekking of wijziging noodzakelijk is vanwege het belang of de belangen ter bescherming waarvan de vergunning of ontheffing is vereist;
    c. de aan de vergunning of ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;
    d. van de vergunning of ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen of gedurende een daarin gestelde termijn dan wel, bij het ontbreken van een gestelde termijn, binnen een redelijke termijn; of
    e. de houder dit verzoekt.
    2. Het eerste lid is niet van toepassing op een omgevingsvergunning.


    F.


    Van artikel 2:1 wordt het tweede lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:1 Samenscholing en ongeregeldheden
    2. Degene die op een openbare plaats
    1. a. aanwezig is bij een voorval waardoor ongeregeldheden ontstaan of dreigen te ontstaan;
    2. b. aanwezig is bij een gebeurtenis die aanleiding geeft tot toeloop van publiek waardoor ongeregeldheden ontstaan of dreigen te ontstaan; of
    3. c. zich bevindt in of aanwezig is bij een samenscholing;
    4. is verplicht op bevel van een ambtenaar van politie of een militair van de Koninklijke Marechaussee zijn weg te vervolgen of zich in de door hem aangewezen richting te verwijderen.


    G.


    Artikel 2:10, lid 7 en 8 worden vervangen en komen te luiden:


    Artikel 2:10 Het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie
    7. Het verbod is voorts niet van toepassing op beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een weg of waterstaatswerk waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de Omgevingswet, de provinciale omgevingsverordening of de waterschapsverordening of op situaties waarin wordt voorzien door artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994.
    8. Op de aanvraag om een vergunning, niet zijnde een omgevingsvergunning, is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van toepassing.


    H.


    Artikel 2:10, lid 9 komt te vervallen.


    I.


    Artikel 2:11 wordt vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:11 (Omgevings)vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg.
    1. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het bevoegde bestuursorgaan een weg aan te leggen, de verharding daarvan op te breken, in een weg te graven of te spitten, aard of breedte van de wegverharding te veranderen of anderszins verandering te brengen in de wijze van aanleg van een weg.
    2. Het verbod is niet van toepassing voor zover in opdracht van een bestuursorgaan of openbaar lichaam werkzaamheden worden verricht.
    3. Het verbod is voorts niet van toepassing op beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een weg of waterstaatswerk waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de Omgevingswet, de provinciale omgevingsverordening of de waterschapsverordening of op situaties waarin wordt voorzien door artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994, de Wegenwet, het Wetboek van Strafrecht of het bepaalde bij of krachtens de Telecommunicatiewet.


    J.


    Van artikel 2:12 wordt lid 3 vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:12 Omgevingsvergunning voor het maken, veranderen van een uitweg.
    3. Het verbod is niet van toepassing op beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een weg of waterstaatswerk waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de Omgevingswet, de provinciale omgevingsverordening of de waterschapsverordening.


    K.


    Artikel 2:21 wordt vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:21 Voorzieningen voor verkeer en verlichting
    1. De rechthebbende op een bouwwerk is verplicht toe te laten dat op of aan dat bouwwerk voorwerpen, borden of voorzieningen ten behoeve van het verkeer of de openbare verlichting worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.
    2. Het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door hoofdstuk 10 van de Omgevingswet.


    L.


    Van artikel 2:28 wordt lid 2a vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:28 Exploitatie openbare inrichting
    2. a. De burgemeester weigert de vergunning als de exploitatie van de openbare inrichting in strijd is met het omgevingsplan.


    M.


    Van artikel 2:29 wordt lid 6 vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:29 Sluitingstijd
    6. Het eerste en het derde lid zijn niet van toepassing op situaties waarin bij of krachtens de Omgevingswet is voorzien.


    N.


    Van artikel 2:60 wordt lid 1 vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:60 Houden of voeren van hinderlijke of schadelijke dieren
    1. Het is verboden op door het college ter voorkoming of beëindiging van overlast of schade aan de openbare gezondheid aangewezen plaatsen, buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer, zoals die wet luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, bij dat aanwijzingsbesluit aangeduide dieren: a. aanwezig te hebben;
    b. aanwezig te hebben anders dan met inachtneming van de door het college in het aanwijzingsbesluit gestelde regels;
    c. aanwezig te hebben in een groter aantal dan in het aanwijzingsbesluit is aangegeven.


    O.


    Artikel 2:71 wordt vervangen en komt te luiden:


    Artikel 2:71 Definitie
    In deze afdeling wordt onder consumentenvuurwerk verstaan vuurwerk van categorie F1, F2 of F3 dat op grond van artikel 2.1.1 van het Vuurwerkbesluit is aangewezen als vuurwerk dat ter beschikking mag worden gesteld voor particulier gebruik.


    P.


    Van artikel 3:9 wordt het derde lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 3:9 Straatprostitutie
    3. Met het oog op de in artikel 3:13, tweede lid, genoemde belangen kan door politieambtenaren en militairen van de Koninklijke Marechaussee aan personen die zich bevinden op de wegen en gedurende de tijden bedoeld in het eerste lid, het bevel worden gegeven zich onmiddellijk in een bepaalde richting te verwijderen.


    Q.


    Aan artikel 4:1 wordt de volgende definitie toegevoegd:


    Artikel 4:1 Definities
    - Activiteitenbesluit milieubeheer: Activiteitenbesluit milieubeheer, zoals dat besluit luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet;


    R.


    Van artikel 4:1 wordt de volgende definitie vervangen en komt te luiden:


    Artikel 4:1 Definities
    - inrichting: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1.1 van de Wet milieubeheer, zoals die wet luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, met dien verstande dat de artikelen 4:2 tot en met 4:5 uitsluitend van toepassing zijn op inrichtingen type A of type B als bedoeld in het Activiteitenbesluit milieubeheer;


    S.


    Van artikel 4:5 wordt lid 2 vervangen en komt te luiden:


    Artikel 4:5 Onversterkte muziek
    Voor de duur van 3 uur in de week is onversterkte muziek, vanwege het oefenen door muziekgezelschappen zoals orkesten, harmonie- en fanfaregezelschappen, in een inrichting gedurende de dag- en avondperiode uitgezonderd van de genoemde geluidsniveaus in het eerste lid. Als versterkte elementen worden gecombineerd met onversterkte elementen, wordt het hele samenspel beschouwd als versterkte muziek en is dit artikel niet van toepassing.


    T.


    Artikel 4:6 wordt vervangen en komt te luiden:


    Artikel 4:6 Overige geluidhinder
    1. Het is verboden buiten een inrichting op een zodanige wijze toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt.
    2. Het college kan ontheffing verlenen van het verbod.
    3. Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien bij of krachtens de Omgevingswet, de Zondagswet, de Wet openbare manifestaties, het Vuurwerkbesluit of de provinciale omgevingsverordening.


    U.


    Artikel 4:13 wordt vervangen en komt te luiden:


    Artikel 4:13 Opslag voertuigen, vaartuigen, mest, afvalstoffen en dergelijke.
    1. Het is verboden op door het college in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of beëindiging van overlast dan wel voorkoming van schade aan de openbare gezondheid aangewezen plaatsen, buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer, zoals die wet luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, in de openlucht of buiten de weg de volgende voorwerpen of stoffen op te slaan, te plaatsen of aanwezig te hebben:
    a. onbruikbare of aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken voer- of vaartuigen of onderdelen daarvan;
    b. bromfietsen en motorvoertuigen of onderdelen daarvan;
    c. kampeermiddelen als bedoeld in artikel 4:17 of onderdelen daarvan, voor zover het plaatsen of aanwezig hebben daarvan geschiedt voor verkoop of verhuur of anderszins voor een commercieel doel; of
    d. mestopslag, gierkelders of andere verzamelplaatsen van vuil, een verzameling ingekuild gras, loof of pulp of ingekuilde landbouwproducten, afbraakmaterialen en oude metalen.
    2. Het college kan bij de aanwijzing nadere regels stellen.
    3. Dit artikel is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien bij of krachtens de Omgevingswet of de provinciale omgevingsverordening.


    V.


    Artikel 4:17 wordt vervangen en komt te luiden:


    Artikel 4:17 Definitie
    In deze afdeling wordt onder kampeermiddel verstaan een niet-grondgebonden onderkomen of voertuig, dat bestemd of opgericht is dan wel gebruikt wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.


    W.


    Van artikel 4:18 wordt lid 1 vervangen en komt te luiden:


    Artikel 4:18 Recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen
    1. Het is verboden ten behoeve van recreatief nachtverblijf kampeermiddelen te plaatsen of geplaatst te houden buiten een kampeerterrein dat als zodanig in het omgevingsplan is bestemd of mede bestemd.


    X.


    Van artikel 5:5 wordt het tweede lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 5:5 Voertuigwrakken
    2. Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien bij of krachtens de Wet milieubeheer of het Besluit activiteiten leefomgeving.


    Y.


    Van artikel 5:6 wordt het derde lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 5:6 Kampeermiddelen en andere voertuigen
    3. Het eerste lid is niet van toepassing op beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een weg waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de provinciale omgevingsverordening.


    Z.


    Van artikel 5:18 wordt het tweede lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 5:18 Standplaatsvergunningen en weigeringsgronden
    2. Het college weigert de vergunning wegens strijd met het omgevingsplan.


    AA.


    Van artikel 5:20 wordt het eerste lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 5:20 Afbakeningsbepalingen
    1. Artikel 5:18, eerste lid, is niet van toepassing op beperkingengebiedactiviteiten met betrekking tot een weg of waterstaatswerk waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de Omgevingswet of de provinciale omgevingsverordening.


    BB.


    Van artikel 5:23 wordt het eerste lid onder a. vervangen en komt te luiden:


    Artikel 5:23 Organiseren van een snuffelmarkt
    1. Het is verboden een snuffelmarkt te organiseren:
    a. wegens strijd met het omgevingsplan;


    CC.


    Van artikel 5:32 wordt het derde lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 5:32 Crossterreinen
    3. Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Omgevingswet, afdeling 3.9 van het Besluit activiteiten leefomgeving, de Zondagswet of het Besluit geluidproductie sportmotoren.


    DD.


    Van artikel 5:33 wordt het derde en vierde lid vervangen en komt te luiden:


    Artikel 5:33 Beperking verkeer in natuurgebieden
    3. a. ten dienste van politie, koninklijke marechaussee, brandweer, geneeskundige hulpverlening en van andere krachtens artikel 29, eerste lid, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 door de minister van Verkeer en Waterstaat aangewezen hulpverleningsdiensten.
    4. Het verbod is voorts niet van toepassing: a. op wegen die gelegen zijn binnen de in het eerste lid bedoelde gebieden of terreinen; b. binnen de bij of krachtens de provinciale omgevingsverordening aangewezen stiltegebieden ten aanzien van motorrijtuigen die bij of krachtens die verordening zijn aangewezen als toestel.


    EE.


    Van artikel 5:34 worden het eerste en het vijfde lid vervangen en komen te luiden:


    Artikel 5:34 Verbod afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur te stoken.
    1. Het is verboden in de openlucht afvalstoffen te verbranden buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer, zoals die wet luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, of anderszins vuur aan te leggen, te stoken of te hebben.
    5. Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door artikel 429, aanhef en onder 1˚ of 3˚, van het Wetboek van Strafrecht of de provinciale omgevingsverordening.


    FF.


    Aan artikel 6:2 wordt een vierde lid toegevoegd en komt te luidden:


    Artikel 6:2 Toezichthouders
    4. Onverminderd het eerste en tweede lid zijn de militairen van de Koninklijke Marechaussee, bedoeld in artikel 141, onder c, Wetboek van Strafvordering, eveneens belast met het toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften.


    Artikel II Inwerkingtreding
    Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

    Het raadsvoorstel wordt unaniem aangenomen.

    00:12:58 - 00:13:17 - Steven Adriaansen
  25. 4

    Indien u wilt inspreken, wordt u er op geattendeerd dat een inspraakreactie maximaal 5 minuten mag duren en dat er maximaal 30 minuten inspreektijd per vergadering is. U wordt verzocht zich voor de vergadering bij de griffie te melden (0164-611308 of c.adriaanse@woensdrecht.nl.)
    U kunt ook inspreken over punten die niet op de agenda staan, neemt u daarvoor contact op met de griffier. U wordt er op attent gemaakt dat er camera-opnames worden gemaakt die via internet worden uitgezonden en daarop terug te zien zijn. Het is niet uit te sluiten dat u daarbij in beeld komt.

    Besluit

    De voorzitter sluit de vergadering om 21.09 uur.

    00:13:10 - 00:13:17 - Steven Adriaansen